Het gele boekje

2 februari 2015

Wat zijn wij Nederlandstaligen toch zot op regeltjes en normen. Nederlands leren is zoals rechten studeren. Behalve kunnen spreken en schrijven moet je je ook bekwamen in de voorschriften van spellingleidraden, taalgebruiksadviezen en uitspraakgidsen. Nieuwe richtlijnen kwamen afgelopen weekend van De Standaard die na decennia van discussie vastlegt welke Vlaamse woorden tot de (Belgische) standaardtaal gerekend mogen worden in het Gele Boekje.

Het Gele Boekje wordt als een heldhaftig initiatief onthaald. De Standaard "breekt een lans" en "steekt zijn nek uit", zo lezen we. Het is een "gewaagde operatie", naar verluidt. Als opwarmertje kon je vorige week op de website van De Standaard de test doen: "Hoe gewaagd is uw Nederlands?". Hoe meer Belgische woorden of uitdrukkingen je toelaat in je schrijftaal, hoe gewaagder. Nu moet je mij eens uitleggen wat er gewaagd is aan het gebruiken (en dus ook schrijven) van je eigen taal?

Voor een zogenaamd gewaagde operatie, keurt het Gele Boekje overigens wel heel veel woorden af. Heel gewone woorden ook die in héél Vlaanderen, ook in 'hogere' registers, al decennialang gebruikelijk zijn. Om enkele voorbeeldjes te geven: ik, en ik niet alleen, ken de woorden uit reeks 2 eigenlijk enkel uit geschreven Nederlands. Ik zou altijd de woorden in reeks 1 zeggen, zelfs al sprak ik met de koning, maar in geschreven taal is dat blijkbaar 'fout'.

Reeks 1: ajuin, goesting, kuisen, lavabo, nonkel, weeral
Reeks 2: ui, zin/trek, poetsen, wastafel, oom, alweer

Zo staan er nog een heleboel afgekeurde woorden in het Gele Boekje. Maar waarom mogen deze woorden niet behoren tot de Belgische standaardtaal? Het is toch de Belgische standaardtaal?! We waren intussen toch een bi- of tripolaire Taalunie?

Bijkbaar niet. "Zelf inschatten of iets té Belgisch klinkt, lang niet evident." Met die insteek ging Terzake de Amsterdamse straat op om na te gaan of Nederlanders Vlaamse woorden begrepen. Conclusie: neen. De geïnterviewden leken overigens ook weinig te geven om wat het Gele Boekje ervan dacht.

Wat kan het ons ook schelen wat Nederlanders van Belgisch Nederlands verstaan? Ooit al eens een Nederlandse cameraploeg in Vlaanderen tegengekomen die het omgekeerde kwam nagaan? Het is gewoon een andere taalgemeenschap. Ooooh! Dat is een gewaagde uitspraak! Toch is het nogal waar. Buiten taal zelf hebben we niet zo heel veel gemeen: we lezen elkaars auteurs en journalisten niet, we maken elk onze eigen films en tv-programma's.

Je kan dat erg of spijtig of iets anders vinden, maar het is een Europees fenomeen dat landsgrenzen tot taalgrenzen evolueren. Mijn standpunt is dat als je vindt dat dit een probleem is, dat je dit niet in het 'bestuur' van de taal zelf moet of kan aanpakken. Ik heb zelfs het gevoel dat het contraproductief werkt. Als je een significante groep mensen, die zoals gezegd bijna kan beschouwd worden als een aparte taalgemeenschap, te veel invloed ontzegt op de standaardtaal, dan zal die zich uiteindelijk gewoon afscheuren.

De Vlaamse taalgebruikers hebben momenteel weinig invloed op de standaardtaal omdat de officiële en officieuze leidraden, gidsen en adviezen zelden gaan kijken naar hoe de Vlamingen taal gebruiken. In plaats daarvan verwijzen ze naar de wat andere gidsen en adviezen zeggen om hun veelal afwijzende standpunt te verantwoorden. Dat is trouwens ook de aanpak geweest om het Gele Boekje samen te stellen. Zo verwijzen al die bronnen circulair naar elkaar en wordt de taal geregeld (of minstens beregeld) door een conservatief, wereldvreemd clubje dat op zichzelf is aangewezen en waaruit verandering enkel kan vloeien bij gratie van een innovatieve mening.

Hoe moet het dan wel? Een beginsel in de communicatie is dat je je richt op diegene waarmee je communiceert. Zoals gezegd zijn de lezers van Vlaamse kranten vrijwel uitsluitend Vlamingen, net zoals de kijkers van Vlaamse televisie, de luisteraars van Vlaamse radiostations en de lezers van Vlaamse boeken. Wel dan lijkt het mij gepast om een Belgische standaardtaal te hanteren die aanvaardt wat sprekers effectief gebruiken, inclusief ajuin en goesting.

Is dat dan een breuk in de taalunie? Geen die nog niet bestond. De weinige Nederlanders die Vlaamse kranten willen lezen, zullen net zoals nu alles begrijpen zolang ze uit het politieke katern wegblijven - maar wie snapt er wél iets van Belgische politiek? Het blijft één Nederlands taalgebied, waarin zowel Nederlanders als Vlamingen kunnen zeggen en schrijven wat ze willen zonder zich de hele tijd af te vragen "Wat zou de ander hiervan denken; is dit wel 'juist'?" - iets wat op dit moment overigens maar aan één kant van de rijksgrens gebeurt.

Het is die regelneverij die eruit moet, die drang om het 'juist' te doen, en vooral de intolerantie ten opzichte van variatie en de manier waarop die bijdraagt tot de stigmatisering van mensen die 'fouten' maken. Onze standaardtaal is te exclusief, niet inclusief genoeg. We proberen te veel te weren, in plaats van variatie toe te laten. In het Spaans is dat nochtans dat de normale gang van zaken: verschillende varianten verspreid over de hele wereld, waarin iedereen zijn eigen woorden gebruikt in spreek- en schrijftaal. Van mij mag je gerust ui en zin zeggen, maar ik wil ajuin of goesting kunnen schrijven zonder scheef bekeken te worden.

Intolerantie en stigmatisering zorgen voor onzekerheid bij de taalgebruikers en het meest idiote fenomeen ter wereld, de hypercorrectie. Mensen die weten dat ik Germanist ben, vragen mij soms "mag je dit of dat zeggen?". Vroeger maakte ik hier wel eens misbruik van ter wille van een goede grap. Maar het juiste antwoord op die vraag is: "Wat vind je zelf?" Als je zelf vindt dat iets grammaticaal is en goed uitdrukt wat je bedoelt in de gegeven context, natuurlijk 'mag' je het dan zeggen!

Het is dus niet het taalgebruik of de norm, maar wel de houding die we moeten overnemen van onze noorderburen. Nederlanders schrijven hoe ze spreken, ze vragen zich niet af of ze 'juist' Nederlands gebruiken want het feit dat ze het gebruiken, bewijst toch dat het juist Nederlands is. En verstaat iemand jou niet, dan leg je even uit wat je bedoelt. In een Standaardtaal die variatie toelaat, kan dat niet moeilijk zijn. Of zoals in het filmpje: drie seconden en je hebt het uitgelegd. Zo leren we nog eens iets van elkaar. Of hoe gaan de Nederlanders ooit onze prachtige Vlaamse woorden en constructies begrijpen als we ze zelfs niet schrijven in de boeken en kranten die ze niet lezen?